Diagnostische tests bij de behandeling van astma

Tijdens het proces van de diagnose van astma of tijdens uw behandeling, zult u waarschijnlijk verschillende soorten astmatesten ondergaan. Sommige van de tests kunt u vrij vaak ondergaan, terwijl u anderen misschien nooit zult ondergaan. Sommige kunt u thuis doen, terwijl anderen u mogelijk naar het kantoor van uw astma-leverancier moeten begeven, of misschien moet u zelfs doorverwezen worden naar een meer gespecialiseerde arts.

Tests zijn slechts een onderdeel van het stellen van een astma-diagnose. Uw arts zal niet alleen vragen stellen over uw astmaklachten (piepende ademhaling, benauwdheid op de borst, kortademigheid en hoesten), maar ook over uw familiegeschiedenis, persoonlijke geschiedenis en een lichamelijk onderzoek uitvoeren. Symptomen zoals verminderde inspanningscapaciteit of nachtelijke hoest zijn gebruikelijk bij astmapatiënten. Evenzo zijn de symptomen eerder astma als ze optreden na blootstelling aan harige huisdieren, na blootstelling aan hoge pollenniveaus of blootstelling aan stof en schimmels. Een persoonlijk verleden van atopische dermatitis, hooikoorts en allergische rhinitis verhogen allemaal uw risico op astma. Op dezelfde manier verhoogt het hebben van een ouder, broer of zus met astma het risico op het ontwikkelen van astma.

1

Piek stroom

Peak Flow is waarschijnlijk de eenvoudigste test die u kunt gebruiken om te zien hoe goed uw astma het doet en zal een integraal onderdeel zijn van uw astmazorgplan. Piekstromingen kunnen gemakkelijk thuis worden uitgevoerd met een goedkoop apparaat dat een piekstroommeter wordt genoemd. Piekstroom meet hoe snel lucht uit je longen kan worden geblazen.

Het is belangrijk dat u op de juiste manier leert hoe u uw peak-flow-meter moet gebruiken.

Piekstroom wordt gebruikt om astma te controleren in plaats van te diagnosticeren. Normalen zijn gebaseerd op uw leeftijd en lengte. Het is belangrijk om uw persoonlijk beste piekstroom te bepalen, zodat u behandelingswijzigingen kunt baseren op uw astma-actieplan.

2

spirometrie

Spirometrie is iets gecompliceerder dan piekstroom, omdat het meestal wordt gedaan in het kantoor van uw arts en beide meet hoe veel en hoe snel lucht komt uit je longen. Deze test is een betere maat voor uw astma-ernst in de loop van de tijd. Het is belangrijk in zowel de diagnose als het beheer van astma na verloop van tijd.

3

Complete longtest testen

Uw astmazorgverlener wil mogelijk uw longvolumes en diffusievermogen bepalen. Dit wordt vaak gedaan als uw astma-diagnose onduidelijk is. De test vereist dat je in een speciale doos zit die helpt bepalen hoeveel lucht je in en uit ademt.

• Lung Volumes: Uw astmazorgverlener kan een body plethysmography-test bestellen om uw longvolumes te bepalen. Astma kan bepaalde veranderingen in de longvolumes veroorzaken die uw astmazorgverlener zullen helpen bij het diagnosticeren of behandelen van uw astma.
• Diffusiecapaciteit: Diffusiecapaciteit meet hoe goed zuurstof vanuit de longen naar uw bloed stroomt. Slechte diffusie duidt op schade aan de longen waar zuurstof en bloed in de longen samenkomen. Diffusiecapaciteit is meestal normaal bij astmapatiënten.

4

Borst X-Ray

Een thoraxfoto is een test die vaak wordt uitgevoerd voor patiënten die piepen. Een astma-zorgverlener zal er meestal een bestellen om er zeker van te zijn dat er geen andere aandoening is die uw symptomen veroorzaakt zoals een longinfectie. Bij astma is de thoraxfoto waarschijnlijk luchtinsluiting of hyperuitbreiding.

5

Bronchoprovocatie Uitdagingstesten

Wanneer uw astma-leverancier een bronchoprovocatietest bestelt, inhaleert u een specifieke stof via een vernevelaar, vaak methacholine of histamine. Dit wordt gedaan om te zien of uw longen geïrriteerd raken, hyperreactief zijn en leiden tot de ontwikkeling van astmasymptomen. De test heeft een hoge negatief voorspellende waarde. Dit betekent dat als de test negatief is, het onwaarschijnlijk is dat u astma heeft. Het wordt vaak gedaan wanneer uw astma-aanbieder astma verdenkt maar niet in staat is om een ​​duidelijke diagnose te stellen. In tegenstelling tot het zoeken naar verbetering van de longfunctie, probeert de bronchoprovocatietest astmasymptomen op te wekken om een ​​diagnose te stellen.

6

Pulsoximetrie

Pulsoximetrie is een niet-invasieve manier om oxygenatie van bloed te meten of hoe goed zuurstof wordt uitgewisseld tussen de longen en het bloed. Een sensor wordt op de vingertop of een ander dun deel van het lichaam met bloedvaten dichtbij de huid geplaatst. De sensor meet veranderingen in golflengten van licht en kan oxygenatie in het bloed schatten. Terwijl sommige astmapatiënten deze apparaten graag thuis hebben, maken ze meestal geen deel uit van een actieplan voor astma. Ze helpen een zorgverlener om te bepalen of je zuurstof acuut nodig hebt.

7

Arterieel bloedgas (ABG)

Een arterieel bloedgas (ABG) is een arterieel bloedmonster dat wordt gebruikt om te bepalen hoe goed bloed wordt geoxygeneerd - een marker voor zuurstofuitwisseling tussen de longen en het bloed. Gewoonlijk wordt een bloedmonster verkregen uit een van de slagaders bij u in de buurt van uw pols. Deze test kan waarschijnlijk worden uitgevoerd tijdens een acute astma-exacerbatie en is betrouwbaarder dan pulsoximetrie.

8

Allergie testen

De relatie tussen allergieën en astma is al lang bekend. Allergenen waar u normaal inademt, kunnen de ontstekingsreactie en hyperreactiviteit in uw longen versterken. Uw arts kan echter niet op betrouwbare wijze vaststellen of een bepaald allergeen alleen op klinische gronden verantwoordelijk is voor uw symptomen. Daarom kan uw astmazorgverlener allergietests aanbevelen. Niet alle astmapatiënten worden getest. Maar als u aanhoudend astma heeft, zal uw astmazorgverlener waarschijnlijk testen aanbevelen.